Vijf dagen na de verschrikkelijke terroristische aanslag van 7 oktober vond op de Dam in Amsterdam een grote manifestatie plaats als steunbetuiging aan Israël. Georganiseerd door een samenwerkingsverband van Israëlische, Joodse en christelijke organisaties, met hulp van particuliere vrijwilligers, trok deze bijeenkomst duizenden mensen. Deze betoging markeerde het begin van een reeks steuninitiatieven aan Israël, waaronder hulp aan IDF-soldaten, oproepen voor de vrijlating van de gijzelaars en pro-Israëlische voorlichting. Door heel Nederland zijn tientallen georganiseerde en spontane initiatieven ontstaan, geleid door gedreven individuen en organisaties. Hila Barkan spreekt met een aantal vooraanstaande activisten in Nederland die zich het afgelopen jaar samen met veel anderen sterk hebben gemaakt voor Israël.
Het loont om te geven
Ayelet van Kampen-Arbel (55), getrouwd met Marco, moeder van twee kinderen (en een hondje), woont al 27 jaar in Nederland. “Op die vreselijke zaterdag van 7 oktober stond ik in een Turkse winkel. In het ochtendnieuws werd nog gesproken over slechts 22 of 24 vermoorde Israëli’s. Twee Jezidi-jongens die in de winkel werken, kamen naar mij toe om hun steun
en medeleven te betuigen. Tegelijkertijd vertelden ze mij dat het Turkse winkelpersoneel blij was toen zij het nieuws hoorden, hetzelfde nieuws waarvan mijn hart brak. Sindsdien heb ik geen voet meer in die winkel gezet, noch in andere soortgelijke winkels. Ik was totaal in shock toen de realiteit tot mij doordrong, toen ik me realiseerde dat het allemaal echt waar is. Ik zit hier veilig in Nederland, terwijl mijn broeders en zusters worden gemarteld, verbrand en vermoord, en ik kan daar niets aan doen. Op maandagochtend, na twee slapeloze nachten waarin ik vastgeklampt zat aan mijn telefoon om elk snippertje informatie op te nemen, besefte ik dat ik niet kon blijven toekijken maar iets moest doen. Ik wist nog niet precies wát, maar ik moest iets ondernemen.”
Ayelet realiseerde zich dat er een tekort kon ontstaan aan bepaalde spullen voor de soldaten en begon yogamatten en magnetische zaklampen aan te schaffen. Via een bericht in de populaire Facebook-groep Israëlische vrouwen in Nederland, waarvan zij de beheerder is, riep zij anderen op om zich bij haar actie aan te sluiten. Haar echtgenoot Marco stelde een deel van de opslagruimte van zijn internationale transportbedrijf beschikbaar en het hele kantoor draaide vrijwillig mee in de logistieke operatie.
“Vanaf dat moment kwam alles als een goed geoliede machine op gang. Nog dezelfde dag stond ons huis vol met kartonnen dozen. Tientallen Israëli's reageerden op mijn oproep en kwamen uit alle hoeken van het land, beladen met boodschappentassen vol spullen zoals deodorant, sokken, zaklampen, tiewraps, snoepgoed en nog veel meer. Ook vrijwilligers stroomden binnen: een aantal vrouwen nam de registratie op zich, anderen begonnen de sortering te organiseren, enkele mannen stapelden zware dozen op in de achtertuin en Tamima stond boterhammen voor iedereen klaar te maken. De dozen stapelden zich op, het huis werd gevuld met energie, veel tranen, omhelzingen, verpakkingstape en vooral een sterk gevoel van eensgezindheid, doelgerichtheid en actiebereidheid.” Ayelets huis is sindsdien omgetoverd in een crisiscentrum voor het inzamelen van donaties en benodigde spullen. Militaire
eenheden kloppen zelfs rechtstreeks bij haar aan met verzoeken. Haar gezinsleden zijn ook bij dit project en het nationale doel betrokken. Voor het verzenden van de spullen naar Israël heeft zij El Al ingeschakeld. Ayelet vertelt dat ze ervan versteld stond hoe de medewerkers van El Al alles op alles zetten om de vracht in ontvangst te nemen, door de veiligheidscontrole te loodsen en zo snel mogelijk naar Israël te versturen. “Het personeel van El Al was 24/7 beschikbaar, telefoontjes werden op elk uur van de dag beantwoord. De toewijding van het eweldige grondpersoneel was ongekend.”
Hoe ga je verder?
“Onze activiteiten gaan verder maar wij merkten op een gegeven moment dat mensen ‘doneer-moe’ zijn geworden. Dus na verloop van tijd heb ik mijn aanpak aangepast. Ik besloot
hen iets terug te geven in ruil voor hun donatie. Zo verkoop ik alles wat ik kan maken, ontwerpen of bestellen en met dat geld blijf ik spullen kopen voor militaire eenheden die bij mij
aankloppen.”
We hebben onze zaken en familiebopzijgezet en maakten er werk van
Eran Efrat (42), getrouwd en vader van een kind, woont in Haarlem. Ook de familie Efrat werd op de ochtend van 7 oktober totaal verrast. “Het duurde even voordat we de omvang van de gebeurtenissen volledig konden bevatten,” vertelt Eran. “Toevallig had mijn neef mij een week eerder om hulp gevraagd bij het doneren van militaire uitrustingen voor soldaten. Toen de ‘bom’ een week later barstte, zag ik op sociale media een stroom van verzoeken voor militaire uitrustingen. Ik begon mensen te verwijzen naar de winkel waar ik een week eerder de spullen voor mijn neef had gekocht.”
Als de beheerder van een populair X-account (voorheen Twitter) met tienduizenden volgers, werd Erans profiel al snel een centraal prikbord. Hier kon iedereen zien wat voor uitrustingen beschikbaar waren en waar men deze kon verkrijgen. “Al snel besefte ik dat er een enorm tekort aan geld was, dus begon ik via Twitter fondsen te werven. Binnen 48 uur haalden we ongeveer een miljoen sjekel op. Met dat geld werden essentiële uitrustingen voor de soldaten aangeschaft, waarbij wij de leverancier rechtstreeks in contact brachten met de donateur.”
en. “Toen de voorraden in Israël opraakten, moesten we beginnen met importeren. Ik legde contact met enkele mensen die zowel donateurs als connecties in bijvoorbeeld de Verenigde Staten hadden. Zo begonnen we militaire uitrustingen naar Israël te exporteren. Het is belangrijk te vermelden dat we nauw samenwerkten met het Israëlische leger, dat precies aangaf
welke behoeften er waren. We stuurden grote hoeveelheden beschermende uitrustingen en alles wat verder nodig was.”
Hoe hebben jullie deze intensieve werkzaamheden kunnen combineren met je dagelijkse leven?
“We hebben onze zaken en familie opzijgezet en ons minstens zes maanden volledig ingezet voor dit project. We maakten er werk van en het werd een fulltime baan.”
De omvang van hun activiteiten nam enorme proporties aan. Samen met zijn projectpartners wist Eran zo’n veertig miljoen dollar in te zamelen, waarmee ze uitrustingen kochten voor tientallen militaire eenheden. Denk aan omgevingscamera's voor gepantserde gevechtsvoertuigen, keramische kogelvrije vesten, legerhelmen en nog veel meer.
Hoe gaan jullie activiteiten verder?
“Op dit moment, nu het Israëlische leger de donaties van militaire uitrustingen heeft stopgezet, richten we ons op kleinere zaken zoals het aanschaffen van drones of specifieke spullen die nog steeds nodig zijn. Ik neem aan dat we deze activiteiten in de toekomst zullen staken.”
Ik had het gevoel dat de families van de gijzelaars niet de liefde kregen die ze nodig hadden
Inbar Hasson (51), getrouwd en moeder van twee, een getalenteerd kunstenares met een studio in Amstelveen, woont al 13 jaar in Nederland. Enkele dagen na de gebeurtenissen van 7 oktober besloot Inbar naar Israël te vliegen, waar ze zich vrijwillig aansloot bij een restaurant dat maaltijden kookte voor de soldaten. Inbar vertelt: “Ik was daar helemaal ondersteboven van. Overal om me heen zag ik zoveel pijn. De omvang van de gijzelingen op 7 oktober was simpelweg niet te bevatten.” Dit bezoek aan Israël bracht haar op het idee van het project Coming Home Soon. “Ik had het gevoel dat de families van de gijzelaars niet de liefde en steun ontvingen die ze zo hard nodig hadden. Toen ik eind oktober terugkeerde naar Nederland, deelde ik dit idee met mijn vriendin en grafisch ontwerper Katya Morozkin en met andere vriendinnen uit de Joodse gemeenschap hier: Leslie de Swaan, Karen Fredowitz en Vivian Rinat. Samen ontwikkelden we het concept en gingen we meteen aan de slag. Later sloten zich meer vriendinnen aan: Lilach Tal, Tamar Shilo, Miri Shauli, Tzili Levin, Lorna Levy, Ilana Soesan, Rachel Gross en Nira Breiner”
Coming Home Soon is een interactief vrijwilligersproject dat erop gericht is aandacht te vragen voor de vrijlating van de gijzelaars. Voor elke gijzelaar – of die nu nog gevangen zit, inmiddels is vrijgelaten of vermoord – is een uniek, persoonlijk ontworpen notitieboekje gemaakt. Deze boekjes bevatten persoonlijke informatie, verhalen over de gijzelaars, kunstwerken die speciaal voor hen zijn gemaakt en updates over hun situatie. Het publiek wordt uitgenodigd een bijdrage te leveren door woorden van liefde en steun op de overige pagina's van de notitieboekjes te schrijven en door gedichten of tekeningen toe te voegen. Inmiddels bestaat het project uit meer dan 220 notitieboekjes die worden bijgewerkt op basis van de meest recente informatie van het Forum van de families van gijzelaars en vermiste personen in Tel Aviv. “We merkten dat mensen buiten Israël weinig informatie krijgen over de gijzelaars, wat hen is overkomen en over de inspanningen om hen vrij te krijgen. Daarom hebben we een (digitaal) platform opgezet dat de collectieve tragedie begrijpelijk maakt door hun persoonlijke verhalen te vertellen. Hierdoor ontstaat empathie, wat leidt tot persoonlijke betrokkenheid en hopelijk actieve inzet voor hun vrijlating. Het project vertelt het verhaal van ieder van hen omdat zij allemaal unieke individuen zijn.” Naast de fysieke notitieboekjes is een website opgezet waar de virtuele versies die ervan zijn gemaakt, kunnen worden ingezien.
Het projectteam blijft bezig met het aanpassen van de boekjes. “We werken ook samen met projectteams in andere landen zoals in Duitsland, waar de boekjes in het Duits zijn vertaald. In verschillende gemeenschappen wereldwijd zijn ansichtkaarten verspreid: Verenigde Staten, Frankrijk, Denemarken, Suriname, Curaçao, Londen, Praag en Boedapest. We onderhouden nauwe contacten met deze gemeenschappen over de evenementen die zij organiseren. Ook werken we samen met het Forum van de families en het ministerie van Buitenlandse Zaken. Daarnaast blijven we in contact met de families van de gijzelaars, proberen we in hun behoeften te voorzien en creëren we mogelijkheden voor nieuwe vormen van samenwerking en nieuwe initiatieven.” Op dit moment bereidt het team zich voor om een boekje te sturen naar de kinderen die uit gevangenschap zijn teruggekomen. Dat boek wordt een compilatie van alle berichten die aan hen zijn opgedragen, zowel in de fysieke boekjes als via de website. De originele boekjes van de kinderen blijven tentoongesteld als onderdeel van het project in zijn volledige opzet. “We zijn vastbesloten om de activiteiten van Coming Home Soon voort te zetten totdat alle gijzelaars weer thuis zijn bij hun families,” besluit Inbar. “En we beloven alles in het werk te stellen om dat langverwachte moment zo spoedig mogelijk te laten plaatsvinden.”
Samenwerken als één team
Hagar Neter (63), moeder van vier volwassen kinderen, werd geboren in Israël als dochter van Nederlandse emigranten. Hagar woont al 23 jaar in Nederland met haar partner Tserik en houdt zich bezig met het bouwen van websites.
“7 Oktober stond ik op het punt naar Brussel te gaan voor een massale protestbijeenkomst voor het Europese Parlement die voor 11 oktober gepland stond. Ik maakte deel uit van het wereldwijde protest tegen de gerechtelijke hervorming in Israël. Ook was ik lid van DemoCrisis, een groep die in Brussel was opgericht om te strijden tegen het proces van anti-democratisering in verschillende landen. Op 7 oktober besloten we als organiserende groep om onze focus te verleggen. In plaats van het geplande protest organiseerden we 11 oktober een steunmanifestatie voor de terugkeer van de gijzelaars. Tijdens deze bijeenkomst stonden familieleden van gijzelaars met ons op het podium. Net als andere groepen, wereldwijd, die oorspronkelijk tegen de gerechtelijke hervorming protesteerden, hebben we ons vanaf dat moment volledig ingezet voor de terugkeer van de gijzelaars, steun voor het Israëlische leger en praktische en financiële hulp voor het thuisfront in Israël.”
Tegelijkertijd hielp Hagar vanuit Brussel bij het organiseren van de grote manifestatie voor Israël op de Dam. “De beslissing om in actie te komen, kwam voort uit het besef dat niets doen geen optie was. Het werk moest gedaan worden. Als dat niet gebeurde, zouden we daar allemaal een hoge prijs voor betalen. Met alle contacten en kennis die ik door mijn activiteiten tegen de gerechtelijke hervorming had opgedaan, liep de overgang redelijk gemakkelijk.”
Het grootste deel van Hagars activiteiten richt zich op het vergroten van het bewustzijn over de gebeurtenissen van 7 oktober en de roep om de gijzelaars vrij te laten. Dankzij haar beheersing van de Nederlandse taal fungeert zij als contactpersoon voor journalisten in verschillende media: kranten, televisie en radio. Bovendien speelt ze een centrale rol in het organiseren van kunstinstallaties en manifestaties, zoals de sjabbat-tafel op het Museumplein, de fototentoonstelling op Vrouwendag op de Dam, de steunvloot voor Israël, de komst van 100 families van gijzelaars naar Den Haag en de bijeenkomst zes maanden na de gebeurtenissen van 7 oktober met ongeveer 2.000 deelnemers.
In ons gesprek benadrukt Hagar de samenwerking die al deze activiteiten mogelijk maakt. Bij elk project kwam zij nieuwe mensen tegen met wie ze voor het eerst ging samenwerken. “Zonder de geweldige mensen die ik tijdens al die activiteiten ontmoette, zou het mij niet zijn gelukt. Overal kwam ik goede mensen tegen, gedreven door een gezamenlijk doel en zonder ego. Geweldige mensen die in mij geloofden en mij mijn werk lieten doen. Eén van hen zei me een keer dat hij met mij Gaza zou binnengaan, of met andere woorden: ‘Ik vertrouw je.’ Al deze activiteiten waren alleen mogelijk doordat we gezamenlijk hadden besloten om als één team samen te werken. Alle actiegroepen bundelden hun krachten, deelden contacten, kennis, financiële middelen en alle nuttige informatie die bijdroeg aan het doel. Die samenwerking was echt iets heel bijzonders.”
Hoe combineer je al die activiteiten met je dagelijkse leven?
“Met mijn klanten ben ik overgegaan tot de brandblusmodus. Het organiseren van grote evenementen in zo’n korte tijd vereist veel concentratie, tijd, kennis en natuurlijk goede mensen om je heen. Na 7 oktober is er echter iets in mij kapot gegaan, iets gewond geraakt. We leven allemaal min of meer met een trauma. De onschuld van vóór 7 oktober komt niet meer terug, maar misschien gaan we nog wel door één of ander genezingsproces.”
Hoe ga je nu verder?
“Op dit moment ben ik aan het uitzoeken welke weg ik nu zou moeten bewandelen. Het dodental in Israël en Gaza valt me erg zwaar. Mijn innerlijke stem zegt: stop met het bloedvergieten, stop met het vergroten van de cirkel van haat, laat ons allemaal leven. Het kan ook anders.”
Door puur toeval zijn het niet onze kinderen, ouders of neefjes
Projectmanager Merav (49) en IT-manager Moshe (49) wonen al 18 jaar in Nederland, met hun drie kinderen.
De familie Gabay-Hellinger neemt regelmatig deel aan bijeenkomsten en kunstinstallaties voor de vrijlating van gijzelaars. “We waren hier in Nederland op 7 oktober,” vertelt Merav. “Onze oudste zoon Shai (19) was in Israël en sloot zich onmiddellijk aan bij het crisiscentrum van Wapenbroeders (Achim Laneshek, een in Israël bekende actiegroep, LD). Hij wilde helpen waar hij maar kon. Via sociale media en video's waren we vanaf het begin live verbonden met alles wat in Israël gebeurde. Het was gewoon onvoorstelbaar. Sindsdien proberen we ons aan te sluiten bij, en te helpen met elk initiatief dat in Nederland wordt georganiseerd, vooral in en rond Amsterdam. Zo hebben we meegedaan aan de steunvloot, de fietstocht, kunstinstallaties zoals de sjabbat-tafel en de kinderwagenexpositie. Wij hebben gijzelaarsposters door heel Nederland geplakt, een intieme voorlichtingsavond bij ons thuis gehad, meegeholpen bij het gijzelaarsboekjesproject en veel gesprekken gevoerd en voorlichting gegeven over de situatie. Ook dragen we overal het identificatieplaatje en het gele lintje, de symbolen van de campagne voor de vrijlating van de gijzelaars, in de hoop dat mensen ons daarover vragen gaan stellen en meer willen weten over wat er op 7 oktober is gebeurd.”
Wat drijft jullie om in actie te komen?
“De gedachte aan de gijzelaars is hartverscheurend. Al kennen we geen van hen persoonlijk, we voelen grote pijn en verdriet over hun situatie. Als ouders, als kinderen van ouders en als oom en tante van soldaten in gevechtseenheden, identificeren we ons met de ondraaglijke pijn van de families. We beseffen ons dat het puur toeval is dat het niet onze kinderen, ouders, of neefjes en nichtjes zijn. Natuurlijk voelen we ook enorme frustratie dat we überhaupt voor de vrijlating van de gijzelaars moeten strijden. Dit had de staat Israël van meet af aan al moeten doen. Tegelijkertijd voelen we een diepe verantwoordelijkheidom bij te dragen aan de voorlichting omdat we in het buitenland wonen en veel contact hebben met mensen die niet Israëlisch of Joods zijn.”
Hoe combineren jullie dit alles met je drukke agenda?
“Het valt niet mee om onze volle agenda te combineren met deelname aan de verschillende vrijwilligersactiviteiten. Maar we voelen gewoon dat het onze plicht is om te schreeuwen voor de gijzelaars die in Gaza zitten en die dat zelf niet kunnen. We willen ook de families steunen die al bijna een jaar door een hel gaan. Dat vinden we onacceptabel. Hoewel we al die activiteiten niet zelf initiëren, proberen we echt vanaf het begin onze hulp aan te bieden, bijvoorbeeld door materiaal en mensen te vervoeren, vrijwilligersdiensten te draaien bij het bewaken van de verschillende kunstinstallaties, te helpen bij het opzetten en afbreken van die installaties, of wat er ook maar wordt gevraagd. En als het soms een beetje moeilijk wordt, dan herinneren we onszelf eraan dat onze inspanningen in het niet vallen vergeleken met wat de families van de gijzelaars momenteel doormaken.”
Hoe nu verder?
“Helaas vindt in Nederland momenteel niet veel actief protest plaats. We hopen echt dat meer mensen zich bij de verschillende activiteiten zullen aansluiten. Dat is het enige dat we nog kunnen doen voor de families. En hoe groter de groep, hoe effectiever het protest.” Ook het Dutchtown-redactieteam speelde een actieve rol bij het organiseren en uitvoeren van steunevenementen voor Israël. Het is belangrijk te weten dat het aantal betrokken activisten aanzienlijk is, wat veel steun en troost biedt. Talloze vrijwilligers hebben tijd vrijgemaakt, afspraken gemaakt met lokale autoriteiten, donaties ingezameld, toespraken gehouden bij bijeenkomsten en materiaal voorbereid. Daarnaast namen zij actief deel aan de georganiseerde bijeenkomsten."
Dit artikel draag ik op aan mijn nicht Liël Asayag, die op 7 oktober de liefde van haar leven, hoofdinspecteur Nissim Lugasi, heeft verloren. Nissim kwam om tijdens een hevig vuurgevecht met terroristen die zich met gijzelaars in één van de huizen van de stad Ofakim hadden verschanst. Hij was slechts 30 jaar oud, de zoon van Ahuva en Shimon, broer van Moran, Hadar en Yael en de liefde van Liëls leven. Moge hij rusten in vrede.
Hila